- afdoen
- {{afdoen}}{{/term}}1 [afleggen] take off ⇒ remove2 [wegnemen] take off3 [ten einde brengen] finish, complete ⇒ conclude 〈zaak〉, 〈afhandelen〉 deal with4 [betalen] settle♦voorbeelden:1 zijn hoed afdoen • take off one's hat2 〈figuurlijk〉 zijn armoede deed niets af aan zijn waardigheid • his poverty did not detract from his dignity〈figuurlijk〉 dat doet niets af aan het feit dat … • that doesn't alter the fact that …hij heeft voorgoed bij mij afgedaan • I'm through with himiets van de prijs afdoen • knock a bit off the price, come down a bit (in price)3 ik beschouw het onderwerp als afgedaan • I consider the matter closeddie zaak is afgedaan • that business is over and done withdaarmee is dat afgedaan • that is the end of thatiets afdoen met een lachertje • laugh something offhet laatste agendapunt werd met een paar woorden afgedaan • the last item on the agenda was disposed of in a few words4 de helft van een schuld afdoen • settle half a debtde schade onderhands afdoen • settle the damages out of court
Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels. 2015.